woensdag 23 januari 2008

Blogs in de wetenschap

Er is de laatste dagen een hoop te doen over het artikel "Blogs uit het lab : wetenschappelijke weblogs worden steeds invloedrijker" van Carola Houtkamer dat verscheen in de Wetenschap & Onderwijs bijlage van NRC Handelsblad, 19-20 januari 2008. Er is flink over geblogd en hier in huis speelde het een rol in de cursus die Rob Coers geeft aan een groep medewerkers van de bibliotheek van het Vredespaleis.

Ik vind het een prima artikel!. Punt uit. En met enkel deze mededeling kom ik natuurlijk niet weg (vrij naar Wow!ter, 21 januari).

Natuurlijk hebben diegenen die vinden dat het artikel -laat ik zeggen- eenzijdig is, dat vooral verwezen wordt naar Amerikaanse voorbeelden van wetenschappelijke blogs, gelijk. Maar het is nu eenmaal een gegeven dat men in het buitenland op sommige punten wat voorloopt op de Nederlandse situatie. Dan drukt een dergelijk artikel ons juist met de neus op de Nederlandse feiten. Je kunt natuurlijk ook nog zeggen dat na onderzoek door de journaliste best wat meer Nederlandse 'science-blogs' gevonden hadden kunnen worden. En dat is ook juist.

Maar waarom eigenlijk? Het gaat toch om het signaleren van een tendens, in de Verenigde Staten wat eerder in gang gezet? Dat er wetenschappers zijn die (een deel van) hun werk willen delen of daar in ieder geval over willen communiceren? Maar ook dat wetenschappers huiverig zijn om over hun werk te praten uit angst voor het wegkapen van een goed idee.

Het lezen van een dergelijke blog is een middel om geinformeerd te blijven, om op ideeen te komen, om gedachten te ordenen, om kennis te verwerven, om te beseffen dat je zo nu en dan je eigen werk anders moet inrichten. Om kritisch te leren zijn bij bepaalde beweringen ook. Let wel, een wetenschapsblog biedt vrijwel nooit diepgaande kennis. Daar bestaan andere, beproefde kanalen voor.

In feite speelt een artikel in de wetenschapsbijlage van de NRC, of waar dan ook, een zelfde rol. Ter illustratie, links onder het artikel van Carola Houtman staat een korte bijdrage van George Beekman, toch geen kleine jongen, met de titel "Hubble ontdekt eerste dubbele Einsteinring". In het artikel staat dat er de afgelopen twintig jaar meer dan honderd ringen zijn gevonden, de ene ring wat beter dan de ander, maar toch. Dat lijkt mij in tegenspraak met elkaar of heeft misschien de Hubble voor het eerst een ring gezien?

Verder meldt George dat het een heel zeldzaam verschijnsel is. Nu wil ik wel aannemen dat een honderdtal observaties in een wereld waar aantallen en afstanden in triljoenen worden uitgedrukt met een gerust hard zeldzaam genoemd kunnen worden. Maar het gegeven dat drie op een lijn staande sterrenstelses (alleen zo wordt het licht van de achterliggende sterrenstelels door het dichtstbijzijnde stelsel afgebogen tot een ring) een zeldzaamheid is gaat er bij mij niet in. Als die Hubble 5.000.000 lichtjaar verderop zijn rondjes had gedraaid, dan kijkt die telescoop toch naar een heel ander plaatje met andere en misschien veel meer samenstanden, toch?

Is dat artikel van Beekman nu een waardeloos artikel, omdat hij iets niet zegt? Is dat artikel van Houtekamer nu een flutartikel, omdat zij iets niet uitvoerig genoeg heeft gedaan? Verkopen zij beiden onzin? Dacht het niet.

En dat brengt mij op het recensieartikel (op drie boeken) van Warna Oosterbaan met de welluidende titel "www . ikhebaltijdgelijk . nl : Twee studies betogen dat de internet-democratie veel te ver is doorgeschoten", verschenen in de Boekenbijlage (p. 8-9) van NRC Handelsblad op 11 januari 2008. Rondom dit artikel heb ik geen blogstorm waargenomen. En die had ik nu juist in de bibliotheekwereld verwacht! Het gaat namelijk om kwaliteit. En daar gaan we in bibliotheekland toch voor?

De internetdemocratie schiet door. Het gezag van experts, zoals bijvoorbeeld wetenschapsjournalisten, wordt ondermijnd door oppervlakkige wiki's en rancuneuze weblogs. Dergelijke geluiden trouwens ook in het artikel van Houtekamer, maar dit terzijde. Zijn de lezersrecensies bij Amazon op een geschiedenis boek nu slechter dan een recensie van een gewaardeerd historicus in een gedegen wetenschappelijk tijdschrift? Dat weten we niet zeker.

In feite wordt door Oosterbaan aandacht besteed aan boeken die WEB 2.0 ontwikkelingen zeer kritisch bejegenen. Er wordt getornd aan de zekerheid die veel webgebruikers menen te hebben. Maar er is een troost, zekerheid of kwaliteit kunnen bibliotheken volgens mij leveren. Ja, moeten bibliotheken ook leveren. Desnoods wijs je als informatiespecialist werkzaam in een WEB2.0 wereld op een boek uit 1953, dat ergens in een magazijn onder het stof ligt en dat je hebt gevonden in de handgeschreven notities van je hoogbejaarde voorganger. Kortom, blijf altijd kritisch.

2 opmerkingen:

WoW!ter zei

Aad,
Mijn grootste tegenvaller in dat artikel zit in het feit dat in Nature een jaar geleden, en een paar daarop volgende artikelen, precies hetzeldfe werd geschreven als waar nu het NRC mee komt. Dan vind ik dat je als NL kwaliteitskrant wat meer moet toevoegen en het zeker niet misstaat om eens te kijken wat er in je eigen achtertuin gebeurd. Dat miste ik.
Natuurlijk zijn de twee voorbeelden leuk van het gebruik van weblogs tijdens colleges, maar ik had graag een andere focus gezien.

Aad Janson zei

Ik ben het met je eens, maar mijn punt is dat het me eigenlijk niet zo kan schelen dat de journaliste weinig aandacht heeft voor de achtertuin. We kunnen zelf ook in die achtertuin kijken toch? Het punt is dat een dergelijk -misschien oppervlakkig- artikel juist in allerlei opzichten een signaalfunctie heeft. En waarom zeg je nu niks over het recensieartikel. Eigenlijk is dat veel belangrijker.